De PVV is een linkse partij, die opkomt voor de verzorgingsstaat, maar tegelijk voert de partij een haatcampagne tegen de linkse kerk en zijn linkse hobby’s. Daarnaast steunt Wilders twee rechtse partijen die de verzorgingsstaat juist willen inkrimpen. Raar? Met taal valt alles te rijmen.
In de politieke arena woedt een ideeënstrijd, maar die strijd wordt uitgevochten met woorden. PVV-ideoloog Martin Bosma heeft dat als geen ander begrepen. In de uitzending van Pauw & Witteman van 29 oktober jl. mocht hij antwoord geven op de vraag waarom de PVV zo verzot is op neologismen als haatbaard, subsidieslurper en heimweeschotel. Een terechte vraag, want Bosma houdt zich net zozeer met taal bezig als met ideologie. Sterker nog, met taal buigt hij de werkelijkheid zo dat zijn ideologie zich er beter in kan nestelen.
De presentatoren ondervroegen Bosma over vondsten als kopvoddentaks en gordijnbonus, die een Koot & Bie-achtige kracht in zich dragen en daarmee rijp zijn voor het woordenboek. Maar het voornaamste demagogische gereedschap van de PVV lieten Pauw en Witteman links liggen: de manier waarop de partij de termen links en rechts gebruikt. Misschien zagen ze ’t met opzet over het hoofd omdat Bosma’s geestige trouvailles mediagenieker zijn. Misschien hadden ze ’t gewoon niet in de gaten omdat ze net als vele anderen vastzitten in oude stramienen. Die stramienen zet de PVV intussen handig voor eigen electoraal gewin in.
Dat bleek vooral uit de vraag aan Bosma waarom links zo naarstig op zoek is naar een eigen vocabulaire om tegenover dat van de PVV te zetten. ‘Omdat links geen verhaal meer heeft’, antwoordde Bosma, met verwijzing naar Frits Bolkestein. ‘Op rechts zitten de nieuwe idealisten. Wij willen juist de verzorgingsstaat behouden. Links zegt dat ook, maar ondertussen ondermijnen ze ‘m.’ Het klonk heel logisch. D66, Groen Links en de van ideologisch veren ontdane PvdA hebben zich in de afgelopen jaren ontpopt als liberale partijen, geleid door enigszins snobistische intellectuelen die niet bang zijn voor wat de Grote Boze Buitenwereld in de vorm van marktwerking, islamisering, Europa en globalisering te bieden heeft. Sterker nog, deze partijen willen de verzorgingsstaat hervormen, zodat Nederland die uitdagingen sterker aankan, in plaats van ervoor weg te kruipen.
Maar wil rechts dan wél de verzorgingsstaat behouden? De VVD wil juist niets liever dan hervormen. Ook het CDA ging de verkiezingen in met die inzet. De vertrokken partijleider Balkenende zei in de campagne meermalen dat hij zich verwant voelde met hervormingsgezinde partijen als de VVD, D66 en Groen Links. De PVV zette daarentegen zijn kaarten op het behoud van sociale verworvenheden en vond daarmee veel weerklank bij zijn doelgroep. Dit conservatisme staat wel haaks op de visie van de coalitiepartijen die steun krijgen van de PVV.
Wat kunnen we daaruit concluderen? Een groot deel van links is misschien niet meer links. Maar dat betekent nog niet dat rechts daarmee het nieuwe links is geworden. Eerder heeft de PVV de plaats van het oude links ingenomen: het PVV-programma is immers grofweg het SP-programma met een xenofobe ondertoon (of boventoon, zo u wilt). Met die populistische boodschap bereiken ze precies de oude doelgroep van links: de autochtone arbeidersklasse. Ook al heeft die zich inmiddels opgewerkt tot een brede lower middle class, het blijft een bevolkingsgroep die – al dan niet heimelijk – zijn eigen dorp of stad groot genoeg vindt en niets te maken wil hebben met Den Haag, Europa en de rest van de wereld. De relatief laag opgeleide autochtonen hebben misschien niet eens een hekel aan moslims als zodanig, maar voelen zich wel bedreigd door vreemdelingen. Islamitische Turken en Marokkanen doorbreken hun gemeenschapsgevoel. Katholieke Polen en Grieks-orthodoxe Bulgaren verzieken hun arbeidsmarkt. En als die vreemdelingen niet hier komen, dan gaat het werk wel naar Oost-Europa, India en China. Met instemming van de hervormingsgezinde ‘linkse’ partijen. En dan vragen die partijen zich nog af waarom hun oude kiezerskern tegenwoordig ‘rechts’ stemt.
Kortom, de PVV is een ouderwets linkse partij, die de uitvergrote angst voor het vreemde inzet als lokkertje. Als de SP nog steeds de tot de verbeelding sprekende Jan Marijnissen als voorman had gehad en de leuze ‘Stem tegen!’ had gebruikt, was de PVV lang niet zo groot geweest als nu. Een mediagenieke leider en duidelijke taal: het was jarenlang het succesrecept van de SP – en nu van de PVV.
De weerzin van de PVV tegen de culturele elite past in die angst voor de buitenwereld. Het ‘links’ (sans SP) bestaat tegenwoordig uit goedverdienende, wereldwijze kosmopolieten die hebben gestudeerd en de toekomst met vertrouwen tegemoetzien. Mannen als Jan Schäfer, met wie de laagopgeleide kiezer zich kon identificeren, bestaan niet meer. De Tegenpartij van Jacobse & Van Es riep het dertig jaar geleden al: ‘Weg met de interrectuelen!’ De revanchistische arbeidersrevolutie die Koot & Bie in de huid van de twee Haagse penosefiguren predikten als grap, is zich nu serieus aan het voltrekken. Met hulp uit onverwachte hoek. De gewone man voelt zich tegenwoordig namelijk meer thuis bij kleinburgerlijke christenen en het ‘Rita Verdonk’-smaldeel van de VVD: hardwerkende ondernemers en middenstanders die door de culturele elite al evenzeer van slechte smaak worden beticht. Het is veelzeggend dat staatssecretaris Zijlstra (VVD), die draconische bezuinigingen in de culturele sector wil doorvoeren, van Tom Clancy en heavy metal houdt. En al even veelzeggend dat columnisten uit de culturele elite hem die voorkeuren als verwijt voor de voeten werpen.
Links en rechts zijn kortom inadequate termen geworden – behalve voor de PVV zelf. Die maakt slim gebruik van het containerbegrip ‘links’ om niet alleen de elitaire aartsvijanden PvdA, D66 en Groen Links in een hokje te stoppen, maar ook om de volkse stemmenconcurrent SP wind uit de zeilen te nemen. Oud-PvdA’er Bosma mag daarbij met instemming VVD-mastodont Bolkestein citeren, maar dat maakt hem nog niet rechts. Toch wil de partij graag die schijn wekken. De PVV moet zichzelf wel zo afficheren om zich te kunnen binden aan het CDA en de VVD. Het zijn de enige twee partijen die zich – weliswaar met moeite – over de islamofobie van Wilders heen kunnen zetten, om zo een meerderheid te creëren voor de ideeën van de PVV.
Taal is buigzaam en kan lange tijd de werkelijkheid plooien, maar toch moet het een keer gaan schuren. Hoe lang duurt het voordat de nieuwe premier merkt dat hij verraad pleegt aan zijn eigen liberale beginselen door de PVV als rechtse bondgenoot te blijven zien?
Oorspronkelijk geplaatst in Wereld, het weblog van Jager & Neyndorff.