Een toekomst bij Caterham
En toch stapte Giedo van der Garde begin dit jaar opnieuw in een GP2-auto. Misgegrepen of een doelbewuste stap? Op de donderdagmiddag voor het GP-weekend in Hockenheim stapten we in een al vrijwel verlaten GP2-paddock op hem af. “Als alles goed gaat, hoeft er straks niet veel te worden onderhandeld met andere teams.”
In zijn vierde seizoen GP2 voelde Van der Garde weer eens wat een overwinningsroes is – hij won de hoofdrace in Barcelona – maar er waren ook weekenden bij, zoals in Bahrein en Valencia, dat hij met vrijwel lege handen thuiskwam. Met zijn vierde plaats in de tussenstand van het kampioenschap staat hij er desondanks prima voor, zeker als hij samen met zijn team erin slaagt om een constante tweede seizoenshelft aan elkaar te knopen.
Op het moment dat we hem spraken, moest het nog gebeuren, maar Van der Garde begon die tweede helft in ieder geval uitstekend door zijn auto op pole te zetten in Hockenheim. In de dagen erna scoorde hij samen met Fabio Leimer de meeste punten van het weekend. Die lijn zal hij ongetwijfeld willen vasthouden, vooral nu de Formule 1 echt voor het grijpen ligt. Op de donderdagmiddag voor het GP-weekend raakten we in het GP2-paddock even aan de praat.
Je zit nu op de wip van de Formule 1. Hoe dichtbij voelt het? Of is het toch nog verweg?
“Dat is altijd een lastige vraag. Ik ben in ieder geval dichterbij dan ik ooit ben geweest. Vorig jaar waren we al dichtbij, het jaar daarvoor ook. Maar ik zit nu bij een goed team, het team is tevreden over me, ik heb goed contact met [Caterham-eigenaar] Tony Fernandes. Ik heb een goede deal voor dit jaar en een heel goede optie voor volgend jaar. Het is nu zaak om mijn best te blijven doen, podiumplaatsen halen, dan die kans krijgen en dan moet je die gewoon pakken. En het is niet alleen een kwestie van snel zijn. Ik moet ook laten zien wat mijn feedback is.”
Zien we je dit jaar nog terug in het F1-team?
“Ja, er volgen nog vijf vrijdagen plus twee rookiedagen [tijdens de F1 Young Driver Test] in Abu Dhabi.”
Die vijf vrijdagen zullen waarschijnlijk op niet-GP2-weekenden zijn?
“Ja, anders is het niet te doen. Als het GP2-seizoen is afgelopen, zijn we vrij en kan ik dus in de resterende GP’s op vrijdagochtend bij het F1-team instappen.”
Wat is eigenlijk het verschil tussen een GP2- en een F1-auto?
“Het is eerlijk gezegd compleet anders. Een F1-auto heeft zo veel meer downforce, de remmen zijn zachter, je hebt stuurbekrachtiging, alles is heel smooth, om het de rijder maar makkelijk te maken. De auto loopt bovendien op rails. Ook de snelheid is een ander verhaal. Nu valt het natuurlijk wel mee in vergelijking met een GP2-auto, want die is ook serieus snel, maar het grote verschil komt in de snelle bochten. Daarin is een F1-auto zó veel sneller. Daarnaast is het vooral mentaal een grote stap. Je krijgt heel veel informatie vooraf, je moet je goed voorbereiden. Er zitten heel veel knoppen op het stuur, DRS, KERS, radiocontact, noem maar op. Heel pittig voor de eerste keer. Dat was zeker zo toen ik begin dit jaar voor het eerst instapte. Maar verder weet je natuurlijk hoe je moet rijden, en zo’n ding rijdt niet veel anders.”
Maar is zo’n complexe auto ook leuker? Of is zo’n kalere GP2-auto stiekem meer fun?
“Uiteindelijk is een F1-auto de ultieme kick. De acceleratie, de snelle bochten, dat is natuurlijk allemaal heel vet. Maar GP2 is ook leuk, vooral omdat de races zo leuk zijn. Je hebt veel gevechten, er zijn veel inhaalacties en je kunt af en toe nog gekke dingen doen. Eigenlijk is ’t allebei mooi.”
De rest van het interview lezen? Kijk verder op Driving-fun.com.